Do's Accepteren - moedig de leerling aan als hij/zij het goed doet.
- toon dat je het positieve ook opmerkt.
Stimuleren en begeleiden - geef korte en duidelijke instructies.
- geef niet teveel, maar duidelijke regels.
- maak oogcontact en geef directe feedback.
- werk met beloningskaarten.
- geef één opdracht tegelijk.
- schrijf agenda of rooster met werkplanning/ activiteiten op bord.
- voorzie activiteiten voor dode momenten.
- beperk de hoeveelheid prikkels. Alleen strikt nodige materiaal op bank, bijvoorbeeld: 'bij taalvakken geen passer en geodriehoek op de bank'.
- maak een duidelijk bordschema.
- sta af en toe activiteit toe: even rondje lopen, iets wegbrengen.
- structureer de leerstof en het leergedrag.
- leer kernwoorden markeren. Vat de hoofdzaken samen.
Compenseren - laat de leerling een oorbeschermer dragen bij toetsen en taken.
- laat de leerling gebruik maken van het klasmateriaal (passer, atlas …) als hij/zij weer iets vergeten is (met meerdere leerlingen hetzelfde materiaal gebruiken nodigt uit tot spelen en praten).
- voorzie een perforator en een nietjesmachine in de klas, zodat losse bladeren dadelijk kunnen geordend worden.
| Dont's Begeleiding en aanpak - steeds dezelfde/gelijkaardige opdrachten geven (dit wordt voor deze leerlingen heel snel saai).
- onverwachte activiteiten.
- complexe opdrachten.
- het ene moment dingen toestaan en het andere weer niet.
Straffen - uitgestelde straffen geven (de leerling ziet het verband niet met zijn/ haar gedrag).
- schrijfstraffen geven (hij/zij werkt eindeloos aan een schrijftaak).
- zware sancties als de leerling weer eens iets vergeten is.
- boos worden. Wel: uitleg over gewenst gedrag.
Materiaal - teksten met onoverzichtelijke lay-out.
- cursussen op veel losse bladen en in verschillende mappen.
|